Geschiedenis van Austalië

De eerste bewoners van Australië zijn Aboriginals. Die leven er al 50.000 jaar. In 1606 kwam de Nederlander Willem Janszoon in Australië aan. Hij was zonder het te weten, de eerste Europeaan. In 1770 kwam James Cook Australië binnen en verklaarde het als eigendon van Groot-brittannië, de naam van het land was toen South Wales. De britten stuurde er toen gevangenen heen omdat in Groot- Brittannië alle gevangenissen overvol waren, zo ontstond Sydney. de grootste stad van Australië. Later kwamen er ook veel immigranten naar Australië zodat de bevolking steeds groter werd. De mensen hadden een zwaar leven, Groot- brittannië zorgde dat er geld kwam voor boederijen en kochten ook Australische wol. Toen er in 1851 goud gevonden werd verdubbelde de bevolking in tien jaar tot 1,1 miljoen. Door de rijkdom van goud en wol en de aanleg van spoorwegen, gingen Australiërs steeds meer in het midden van het land wonen. Aboriginals moesten vluchten of stierven omdat de blanken het land niet wilden delen met de Aboriginals. Kinderen van Aboriginals om hen op de Europese manier op te voeden. hierdoor waren der in 1900 nog maar 60.000 Aboriginals over. Er zijn zes Australische provinties.